Dag 114 en 115
Dag 114 en 115 21 en 22-4-11 Dong Hoi
‘To be or not to be', dat waren de woorden die bij de dag van vandaag passen. Ben je bereid om er alles aan te doen om te blijven leven; of niet? Met andere woorden; geef je alles op om weken, maanden of zelfs jaren onder de grond te wonen of riskeer je napalm, bommen, helikopters en ‘Agent Orange?'
De indrukken van dag 114 halen het bij lange na niet bij die van 115, dus ik zal kort zijn over de dag van gisteren. Een dag waarin we voor het eerst verdwaalden. We verlieten ‘Hue' rond de klok van 11 uur en we dachten de goede kant op te gaan. Maar een dik uur later kwamen we erachter dat we naar het zuiden reden. Dat betekende dat we tweeënhalf uur later terugkeerden in hetzelfde ‘Hue' en de rit weer opnieuw begon. Niet getreurd, de tweede poging bracht meer succes en uiteindelijk vonden we de goede weg.
Overigens hadden we onderweg weer een bandenwissel, ditmaal was het de achterband van de zwarte Honda die we lieten vervangen. Ook deden we een basisschool aan. Aan onze linkerhand hadden we een school en we hadden wel eens zin om daar een kijkje te nemen. Het duurde niet lang voordat we omsingeld werden door dolenthousiaste kinderen die de schrik van hun leven hadden. Uiteindelijk zaten we in de lerarenkamer met een leraar die geen Engels sprak. Tja, dan ben je snel uitgepraat.
We arriveerden in Dong Ha, waar we te horen kregen dat er tunnels in de buurt waren van de Vietnam-oorlog. Via, via, regelden we een gids, die goed Engels sprak, voor de volgende dag. Dag 115 brak aan en om half 11 reden we naar de afgesproken plek. Hier startte onze tour, alle drie op de brommer, gaan met die banaan. We reden naar de zee toe, onderweg lag er geen kippenvoer, rijst of graan te drogen maar honderden, dan wel duizenden gerookte, kleine visjes.
De eerste stop was bij een begraafplaats. Meneer tourguide liet ons het verschil zien tussen een graf van een arme boer en een rijke Vietnamees. Het verschil is aanzienlijk. Bij de arme boer was er wat aarde opgehoopt waar wat stokjes wierook in stonden. De rijke Vietnamees had een immense tempel als graf. Vervolgens vertelde hij verder over de Vietnam-oorlog, over de Amerikaanse soldaten, over de Vietcong, over het platteland, over de slim- en sluwheid van de Vietnamese bevolking.
De Amerikaanse soldaten konden het onderscheid niet maken tussen een Vietnamese boer en iemand van de Vietcong. Zijn verhaal ging als volgt; De Amerikaanse soldaten waren jong, jonge mannen van rond de 20. Het was niet hun oorlog en ze kwamen hier eigenlijk alleen omdat ze er naartoe gestuurd waren, ze wilde het liefst veilig naar huis of een goede tijd hebben hier in Vietnam. Saigon, Ho Chi Minh-stad, was de veilige basis van de Amerikanen. In hun vrije tijd hadden ze wel zin in een Vietnamese dame. In Saigon waren ze niet te vinden dus de soldaten gingen het platteland op en vonden daar vrouwen.
De vrouwen wenkten de soldaten om binnen te komen. Eenmaal binnen vroeg de Vietnamese vrouw of de soldaat 's avonds, na zonsondergang, terugkwam. Nu ‘kon het niet' want dat was te beschamend voor de familie. Ze haalde de soldaat over met de woorden; ‘If you really love me, you come at 8 pm to this house'. De Amerikaanse soldaat komt ‘s avonds laat terug bij het huis en ontmoet de Vietnamese vrouw. Alleen krijgt de soldaat niet wat hij zoekt, hij wordt naar binnen gelokt en vermoord. Niemand hoort het, niemand ziet het, niemand weet het.
Zo waren er meer verhalen. De Vietcong was overal en kreeg, uiteraard, steun van de Vietnamese bevolking, maar de Amerikanen konden niet omgaan met deze manier van oorlogsvoering. De Vietcong verschool zich in de zogenaamde tunnels. Enorme tunnenstelsels die voor het oog onzichtbaar waren. De Amerikanen gingen over tot het zwaardere geschut. Ze wisten zich geen raad met de situatie en gooiden duizenden (napalm)bommen op het platteland. Helikopters schoten op alles en iedereen en de ‘jungle' werd vernietigd door het giftige ‘Agent Orange'. We stopten bij een monument waar meer dan 300 ‘Charlies' waren gedood. Tientallen bommen zorgden ervoor dat de ondergrondse tunnels instortten en dat niemand er levend uit zou komen.
We reden verder en kwamen op een brug terecht. Op het oog een gewone brug, maar het was een brug met een hoop historie. Het was de ‘scheidslijn' tussen Noord- en Zuid-Vietnam. Toentertijd was de ene helft van de brug rood (Noord) geverfd en de andere helft geel (Zuid). De brug bracht ons naar de ingang van een van de vele tunnels.
Gewapend met een zaklamp traden we binnen. Het begin van de tunnel was verwijd en ondersteund door houten balken. Maar toen we dieper en dieper de tunnel in gingen, waren het kleine, smalle gangetjes waar we zwaar gebukt doorheen moesten lopen. Het was indrukwekkend te noemen. Meer woorden heb ik er niet voor; indrukwekkend. Om de zoveel meter waren er kleine inkepingen in de muren. Dit waren de ‘family rooms' (12 meter diepte). Ongelooflijk, hier sliep een heel gezin. Helemaal opgevouwen, ineengedoken, onvoorstelbaar. Op een paar meter van de slaapruimte was er een gat in de grond. Daar stortten de mensen zich in als er een bommenwerper over vloog. Kan je nagaan, in wat voor een angst deze mensen hebben geleefd.
Naast de ‘family rooms' waren er ook andere ‘kamers' zoals een waterput, een ziekenhuisje, ‘meeting room' en een ‘briefing room'. Maar een kamer was het niet. Het zogenaamde ziekenhuisje bestond gewoon uit een verbreding van de gang, waar een greppel was gegraven. Hier konden de gewonden liggen. Ook was er een ‘keuken' waar alleen 's nachts gekookt werd. Onder geen beding, dat er bij daglicht werd gekookt, dan werd de positie misschien wel verraden. Ook waren er ventilatiekanalen aangelegd, maar daar merkten we weinig van. Het was bloedheet!
Om deze illustere sfeer compleet te maken, kwamen we onder andere een immens insect tegen in een van de tunnels. Het was groen, had meerdere poten en snel maakte ik er een foto van. Na de foto, zei die dat we snel weg moesten; snel doorlopen. Waarom? Nee dat wilde hij niet zeggen. ‘I will tell you when we get out'. Dat deed ons vermoedden op iets gevaarlijks, en dat was het ook. Pas toen de ‘tunneltrip' ten einde was, zei hij dat het een gevaarlijk schorpioensoort was..
Vervolgens liepen we een klein museum binnen, waar een enorm kunstwerk stond met de woorden ‘to be or not to be' erboven. En we konden wel zien waarom. Er waren diverse zwart-wit foto's tentoongesteld van bijvoorbeeld dorpjes voor- en na de bombardementen. Alleen de kraters konden navertellen wat er was gebeurd. Kraters die we uiteindelijk met eigen ogen konden zien. Toen we terugliepen waren er links en rechts van ons kraters te zien, waar nu vredig gras in groeide.
Bij de brommers aangekomen, arriveerde er net een bus vol met kinderen van een jaar of 10. We spraken met de lerares en ze vertelde, in goed Engels overigens, dat ze met de hele klas de tunnels ingingen voor een geschiedenisles. Wat geweldig dat ze doet met de klas, laat de kinderen maar zien wat er allemaal gebeurd is en hoe ze toentertijd, moesten, leven. De lerares was overigens erg gecharmeerd van Walter. Ze kon niet geloven dat Walter niet getrouwd was/geen vriendin had. Waarom kon ze dat niet geloven; omdat hij zo knap is, aldus de woorden van de lerares.
Algoed, de tour was ten einde en we hebben een hoop geleerd. Meer dan dat ik in dit verslag kan vertellen, maar genoeg om een indicatie te geven. Mijn ‘geschiedenis' op de HAVO ging, in het examenjaar, ook over de Vietnam-oorlog, dus ik wist al een aantal dingen. De Nederlandse schoolboeken zijn, naar mijn mening, pro-Amerikaans. De gids was natuurlijk pro-Vietnamees, maar het is goed om het van beide kanten te bekijken en het van zo veel mogelijk verschillende mensen te horen.
Tijdens deze reis hebben we in Nieuw-Zeeland met een Vietnam-veteraan gesproken die momenteel veel gezondheidsklachten heeft van ‘Agent Orange'. In Nieuw-Zeeland hebben we met een Iraakse man gesproken die het land om veiligheidsredenen moest ontvluchten. Een goede week geleden hebben we het met een 30-jarige Vietnamees over het communisme gehad. Vandaag hebben we veel verhalen gehoord van de 52-jarige gids, we hebben foto's gezien van de oorlog, de tunnels en de omgeving.
Feit is dat ik momenteel niet zo gecharmeerd ben van de Amerikaanse drang om de wereld ‘te redden'. In mijn ogen spelen ze al tientallen jaren een vies machtspelletje waar niemand beter van wordt. De hele Vietnam-oorlog is een in- en intriest verhaal en wat heeft het uiteindelijk opgeleverd? Volgens mij is de Irak/Afghanistan-oorlog eveneens een troosteloze missie waar Amerika heel veel andere landen in mee heeft getrokken. Ik zou hier nog wel even op door kunnen gaan, maar gezien het goede weer in Nederland en de hoeveelheid kilometers aan woorden, brei ik er aan einde aan.
Momenteel liggen we in een knap hotel en hebben net kip gegeten. We bestelden kip en kregen kip. Kip met de kop, de poten en het hart en al dat soort ongein erbij. We hielden het maar op een kippenpootje, laten we maar zeggen. Morgen een nieuwe dag, nieuwe kansen, op naar Hanoi!
Tok tok,
Sander
Reacties
Reacties
.. ben er stil van Sander!
Wij zijn inderdaad anders wijsgemaakt...
Toch een goede geschiedenisles voor ons allen.
Ennuh, neem een kompas mee, dan weet je dat je de goede kant opgaat man!
Of let beter op de stand van de zon.. toch ook geleerd??
San, je weet, aan elk verhaal zitten 2 kanten.
Dat zal in in dit geval niet anders zijn.
Maar wel heel interessant om het van deze kant te horen, want die kant hoor je niet vaak.
x
Het is goed, ja zelfs noodzakelijk, dat ook het verhaal van dag 115 in jullie reisverslag is meegenomen. Hoe verschrikkelijk een oorlog ook is, we mogen onze ogen hiervoor nooit sluiten.Sinds mensen heugenis zijn er oorlogen gevoerd.Het is nog steeds niet gelukt om diepgaande meningsverschillen zonder oorlog te beslechten. En of we willen of niet ook wij zullen keuzes moeten maken, als we bij een conflict worden betrokken.
De moeilijkheid is altijd wie of wat moeten we geloven. Iedere partij, zal de omstandigheden in zijn belang uitleggen.Objectieve waarneming is vaak onmogelijk. Dat er bijna altijd tweeerlei uitleg is is onvermijdelijk.
We moeten blijven streven naar een wereld,zonder oorlogen, Maar de zucht naar Macht is zeer hardnekkig.
Morgen een goede dag toegewenst
Hoi San,
We gaan er thuis eens fijn over bomen.
Aan alles zitten meerdere invalshoeken.
Ben trots op je dat je dit zo ervaart en kan verwoorden.
Zo zie je maar weer, zwart-wit-denken is wel een beetje gemakzuchtig. Mensen denken heel vaak in termen van goed of fout. Je kunt dit mensen nauwelijks kwalijk nemen. Er is ook nog zoiets als een grijs gebied, maar dan moeten we wel onze grijze(!!) cellen aan het werk zetten. Sander ik vind het goed van jou, dat je ook eens de andere kant van de vietnamoorlog belicht. Top!!!
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}